Alexandra David-Néel maakte zich onherkenbaar toen ze reisde. Tibet was toen een land waar buitenlanders niet welkom waren. Ze smeerde zich in met boter, roet en cacao om er donker uit te zien en niet herkend te worden als vreemdeling. Ze deed zich voor als een Aziatische pelgrim, en dankzij haar vloeiende Tibetaans lukte dat ook.
Maja Wolny heeft zich niet vermomd. Zij reist met een minimum aan bagage in haar eentje richting Tibet. Overal raapt ze verhalen op die ze ons vertelt en illustreert met feitenkennis. Dat maakt het boek zo interessant. Het boek is een combinatie van feiten en weetjes met persoonlijke dagboekelementen geworden. Zo kun je als lezer meereizen van station tot station. De spoorweg richting Tibet is de hoogste ter wereld en bevindt zich op een hoogte van meer dan 5000 meter. We voelen ook helemaal met haar mee als ze hoogteziekte krijgt. We horen de trein : ‘”De trein kreunt, ergens in de vloer klinkt het onaangename geknars van metaal.”
Bij aankomst werd Wolny meteen geconfronteerd met de Chinese censuur. Er werd haar een roze brief overhandigd. In de brief stond in niet mis te verstane bewoordingen wat wél en niet mocht. ‘In zeven punten en in slecht Engels werd alles uitgelegd: geen foto’s, geen uitingen van politieke voorkeuren, geen vragen of gesprekken over gevoelige onderwerpen, niet zonder toezicht reizen enz. Als ze gids de verboden film ‘Seven Years in Tibet’ wil laten zien kan dat niet op het gecensureerde internet. Contact maken met een buitenlandse server lukt ook niet. De volgende keer dan maar op een USB-stick concludeert de reizigster.
Op het einde van het boek reist Maya naar het huis van Alexandra David-Néel in Digne. Weer met de trein maar deze keer de TGV naar Aix-en-Provence en dan een aansluiting naar Digne-les-Bains. Toen ze zestig was kocht Alexandra een huis op een helling. Ze ging er wonen met haar adoptiezoon “Aphur Yongden”.
Ik heb het boek in één ruk uitgelezen omdat het makkelijk leest en je echt wilt te weten komen wat er nog gebeuren zal. Maar hoe boterthee smaakt weet ik niet. Tenzij ik ook eens de reis onderneem. Je krijgt er warempel goesting in !
Maja Wolny (1976) begon haar loopbaan als chef Literatuur bij het Poolse weekblad Polityka. In België werkte ze als correspondente, boekhandelaar, museumdirecteur en columniste. Haar boeken verschijnen in het Pools en het Nederlands. In 2016 debuteerde ze met Zwarte bladeren (De Bezige Bij). Daarna volgden De boekenmoordenaar (Manteau, 2018) waarvoor ze bekroond werd met de Hercule Poirotprijs voor het beste thrillerdebuut en Terugkeer uit het Noorden (Manteau, 2020). De trein naar Tibet is haar non-fictiedebuut en ontving in Polen de prijs voor het beste reisverhaal van 2020.
Uitgeverij Manteau
ISBN: 9789022338728
Paperback – 296 p.
€ 22,99
Laat een reactie achter